Bestand #3641: "VODA_010_12.mp3"
Beschrijving
Ik had eens kiespijn en ‘t werd erger en erger en erger en ik ben altijd zo’n held geweest. Ik durfde niet naar tandarts. Ik ben altijd zo flink geweest. Ik ik dacht ik dood gaan als naar tandarts moest, denk trekt me de halve kop uit. En ze lachten me thuis allemaal uit, ga dan naar de tandarts. De kies moest er uit. Ik durfde niet. En dat hele die hele rechterwang die zwol op, het werd blauw en groen, alle kleuren van de regenboog. En ik door het rechteroog kon ik niet meer zien, dat was dik gezwollen, d’r hing zo’n klomp op. Toen bal hing d’rop, het was helemaal dik, bont en blauw.
En op een zeker moment ik hield het niet meer uit. En toen kwam me vader mij zegt die: “ik zal mam sturen”. En toen kwam moeder en zegt ze: “wat krijgen we nou”. Ik zeg: “mam ik kan niet meer ik kan me huishouden niet meer doen. Ik sterf van de pijn”. “Kruip maar in bed”, zegt mam. Ik had van de koorts zoals een paard. Ik zal Kreuze laten komen. Mam liet het buurjongen van Pitt die bij ons naast, liet ze naar Kreuze, die ging Kreuze roepen en Kreuze kwam. En ik boven in bed brullen. En Kreuze zegt: “wat krijgen we nou”. En mam zegt: “dat hebt ze al een dag of drie zo”.“Ja,” zegt Kreuze, “geloof je in ‘n God?” Ik zeg: “Ja, dat weet die toch. Dat kan me allemaal niks meer verschelen, ik verrek van de pijn,” zegt die. Toen haalde die een kruis voor de dag. Hebt die open gemaakt had hij allemaal relikwieën in, van achter krant heb ik gezien.
Toen maakte het kruis dicht en legte het effe tegen mijn wang aan. Hebben paar gebedjes gebeden. Heb gezegd geloof ze in Jezus Christus, ik moest ‘Amen’ zeggen. Geloof ze in Jezus Christus? moest ik samen met hem zeggen: ‘Amen’. Dat is alles wat ik heb moeten zeggen. “Nou ga ik naar huis meisje,” zei die, “en die die dat gezwel van je die dikke wang dat hou je nog zo lang als je het gehad hebt. Dushet je zegt dat het drie dagen is dus dan hou je het nog drie dagen. Maar de pijn neem ik mee”. En toen Kreuze ging de trap en ik besefte toen nog niet dat de pijn weg was. Kreuze ging de trap af en ik riep hem na en ik begin te lachen, ‘k zeg: “de pijn is weg”. En hij zegt: “dat heb ik je toch gezegd”. De pijn is over. En dat dikke gezwel gaat weg, en de pijn was over. Ik heb niks meer gevoeld.
En op een zeker moment ik hield het niet meer uit. En toen kwam me vader mij zegt die: “ik zal mam sturen”. En toen kwam moeder en zegt ze: “wat krijgen we nou”. Ik zeg: “mam ik kan niet meer ik kan me huishouden niet meer doen. Ik sterf van de pijn”. “Kruip maar in bed”, zegt mam. Ik had van de koorts zoals een paard. Ik zal Kreuze laten komen. Mam liet het buurjongen van Pitt die bij ons naast, liet ze naar Kreuze, die ging Kreuze roepen en Kreuze kwam. En ik boven in bed brullen. En Kreuze zegt: “wat krijgen we nou”. En mam zegt: “dat hebt ze al een dag of drie zo”.“Ja,” zegt Kreuze, “geloof je in ‘n God?” Ik zeg: “Ja, dat weet die toch. Dat kan me allemaal niks meer verschelen, ik verrek van de pijn,” zegt die. Toen haalde die een kruis voor de dag. Hebt die open gemaakt had hij allemaal relikwieën in, van achter krant heb ik gezien.
Toen maakte het kruis dicht en legte het effe tegen mijn wang aan. Hebben paar gebedjes gebeden. Heb gezegd geloof ze in Jezus Christus, ik moest ‘Amen’ zeggen. Geloof ze in Jezus Christus? moest ik samen met hem zeggen: ‘Amen’. Dat is alles wat ik heb moeten zeggen. “Nou ga ik naar huis meisje,” zei die, “en die die dat gezwel van je die dikke wang dat hou je nog zo lang als je het gehad hebt. Dushet je zegt dat het drie dagen is dus dan hou je het nog drie dagen. Maar de pijn neem ik mee”. En toen Kreuze ging de trap en ik besefte toen nog niet dat de pijn weg was. Kreuze ging de trap af en ik riep hem na en ik begin te lachen, ‘k zeg: “de pijn is weg”. En hij zegt: “dat heb ik je toch gezegd”. De pijn is over. En dat dikke gezwel gaat weg, en de pijn was over. Ik heb niks meer gevoeld.