Hoofdtekst
In de Tachtigjarige Oorlog vechten Belgen en Nederlanders tegen elkaar. Er vallen maar geen doden.
Komt er een pientere Nederlandse soldaat naar de generaal en zegt: "Generaal, de meeste Belgen heten Polleke en Flipke. We roepen ze, ze komen omhoog, en we schieten ze neer."
Zo gezegd zo gedaan.
"Polleke!"
"Ja?" roept Polleke, staat op: pang dood.
"Flipke!"
"Ja," roept Flipke: pang dood.
Zo vallen er vele doden.
Komt een slimme Belg bij de generaal en zegt: "Allee generaal, de meeste kazen heten Jan, Piet en Klaas."
Zo gezegd zo gedaan .
"Klaas!"
Geen gehoor.
"Piet !"
Geen gehoor.
"Jan!"
"Ben jij dat Polleke?"
"Ja." Staat op: pang.
Komt er een pientere Nederlandse soldaat naar de generaal en zegt: "Generaal, de meeste Belgen heten Polleke en Flipke. We roepen ze, ze komen omhoog, en we schieten ze neer."
Zo gezegd zo gedaan.
"Polleke!"
"Ja?" roept Polleke, staat op: pang dood.
"Flipke!"
"Ja," roept Flipke: pang dood.
Zo vallen er vele doden.
Komt een slimme Belg bij de generaal en zegt: "Allee generaal, de meeste kazen heten Jan, Piet en Klaas."
Zo gezegd zo gedaan .
"Klaas!"
Geen gehoor.
"Piet !"
Geen gehoor.
"Jan!"
"Ben jij dat Polleke?"
"Ja." Staat op: pang.
Beschrijving
In een oorlog tussen Belgen en Nederlanders vallen maar geen doden. Een Nederlandse soldaat verzint een list: hij roept Vlaamse namen, en telkens als er een Belg opstaat, wordt deze neergeschoten. Een Belgische soldaat wil dezelfde tactiek toepassen en roept Nederlandse namen. Niemand staat op, maar iemand roept: "Ben jij dat Polleke?" De Belg beaamt dit, staat op en wordt neergeschoten.
Bron
n.v.t.
Commentaar
1995
Naam Overig in Tekst
Tachtigjarige Oorlog   
Belgen   
Nederlanders   
Nederlands   
Polleke   
Flipke   
Jan   
Piet   
Klaas   
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:22