Hoofdtekst
Datum: 19/03/1996 22:45:17
Drie omaatjes staan aan de bar. Eén omaatje heeft een heel mooi strak velletje.
Vraagt het ander omaatje: "Wij hebben allemaal rimpeltjes en jij bent zo strak. Hoe kan dat?"
"Wel," zegt ze, "ieder dag voor ik ga slapen, draai ik één slag aan mijn knotje en zo trek ik alles strak."
"Maar," zegt het ander omaatje: "wat doen die twee puntjes op je wangen?"
"Dat," zegt ze, "waren vroeger mijn tepeltjes."
Zegt het derde omaatje: "Ik zou maar niet verder draaien, want een snor zou je slecht staan."
Drie omaatjes staan aan de bar. Eén omaatje heeft een heel mooi strak velletje.
Vraagt het ander omaatje: "Wij hebben allemaal rimpeltjes en jij bent zo strak. Hoe kan dat?"
"Wel," zegt ze, "ieder dag voor ik ga slapen, draai ik één slag aan mijn knotje en zo trek ik alles strak."
"Maar," zegt het ander omaatje: "wat doen die twee puntjes op je wangen?"
"Dat," zegt ze, "waren vroeger mijn tepeltjes."
Zegt het derde omaatje: "Ik zou maar niet verder draaien, want een snor zou je slecht staan."
Beschrijving
Een grootmoeder zit nog strak in het vel, omdat zij elke avond haar knotje een slag aandraait. Ze heeft het vel zo ver aangedraaid dat de tepels op haar wangen zitten. Ze krijgt het advies om niet te blijven draaien, anders krijgt ze een snor.
Bron
Gepubliceerd op Internet, pagina 'Moppentap', adres: http://www.concentra.be/files/moppen.html#bottom
Commentaar
19 maart 1996
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:21