Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

LYST219

Een sage (vragenlijst), 1937

Hoofdtekst

De aardmannetjes of auwermannetjes, in Noord-Brabant kaboutermannetjes geheten zijn leelijke en mismaakte dwergen, hebbende de grootte van drie span tot die van een vierjarig kind. Zij wonen volgens het bijgeloof in krochten. Dit volkje is listig, vlug en bedreven in allerhande kunsten en bewaart verborgen schatten. Zij bewoonden in onze provincie de heuvels in de grote hei te Zeelst en in die der Oirschotse heide. De kabouters te Bergeik woonden in den Kattenberg, niet ver noordwaarts van den molen gelegen, verder te Riethoven in den Duivelsberg en op andere plaatsen in Noord-Brabant. Zij vreesden het daglicht en lieten zich van niemand zien en kwamen slechts 's nachts uit hunne holen te voorschijn. Wanneer men des avonds de een of andere spijs, bv gewoon brood, voor hen gereed zette, verrichtten zij voor dit eenvoudig onthaal allerhande werk. Goed en dankbaar jegens hunne weldoeners, waren zij van den anderen kant onverbiddelijke vijanden hunner vervolgers. De dikke kort rookpijpjes, die zij volgens het volksgeloof gebruikten, worden nog veel in den grond gevonden en noemt men in Noord-Brabant aardmannekespijpjes. Dat de kabouters zich van niemand lieten zien, ondervond een landman te Zeelst. Hij wist, dat de kabouters dikwijls in zijn bakhuis kwamen, want zij hadden reeds menigmaal brood en mik voor hem gebakken, maar gezien had hij het nooit. Hij wilde hen nu eens op een nacht bespieden. Tusschen twaalf en een ging hij daarom naar de deur zijner bakkerij en hoort de dwergjes, die druk aan den arbeid zijn. Voorzichtig wilde hij door een spleet der deur kijken, hij had reeds zijn linkeroog dichtgeknepen en zou met zijn rechteroog door de spleet gluren, toen hij onverwachts een pieperig stemmetje hoorde zeggen: "Bloos den diëe daor 't licht is êut!" De boer springt verschrikt terug en ijlt naar binnen. Hij was voor heel z'n leven blind aan het oog, dat zoo onvoorzichtig 't werk der kleine arbeiders had willen begluren. Nu wist hij nog niks en moest daarboven zijn nieuwsgierigheid boeten met het verlies van zijn rechteroog.

Onderwerp

SINSAG 0065 - Zwerge wollen nicht belauert werden    SINSAG 0065 - Zwerge wollen nicht belauert werden   

Beschrijving

Aardmannetjes of kabouters zijn kleine lelijke mannetjes die in de heuvels wonen. Ze laten zich aan niemand zien, en komen alleen 's nachts uit hun holen te voorschijn. Wanneer men 's avonds een eenvoudige maaltijd voor ze klaarzet, verrichten ze voor die maaltijd allerlei werk. Aardmannetjes zijn echter onverbiddelijk jegens hun vijanden. Een boer, voor wie de aardmannetjes menigmaal brood hebben gebakken, is zo nieuwsierig dat hij op een nacht tussen twaalf en een door een spleet in de deur gaat staan gluren. Een van de aardmannetjes echter, heeft de gluurder door. Onmiddellijk wordt de boer aan het oog waarmee hij staat te gluren, zijn rechteroog, verblind. Zijn leven lang heeft hij met dit oog niets meer kunnen zien.

Bron

Volkskundevragenlijst 2 (1937), formulier K.168, archief Meertens Instituut

Commentaar

1937
Zwerge wollen nicht belauert werden: Neugierigen das Auge ausgestochen

Naam Locatie in Tekst

Noord-Brabant    Noord-Brabant   

Zeelst    Zeelst   

Oirschotse heide    Oirschotse heide   

Bergeijk    Bergeijk   

Riethoven    Riethoven   

Duivelsberg    Duivelsberg   

Datum Invoer

2013-03-01 14:46:22