Hoofdtekst
Een altist bezoekt zijn lessenaargenoot die met een gebroken arm in het ziekenhuis ligt.
"Wat is jou overkomen?" vraagt de bezoeker.
"Ik ben op een slak gebotst," zegt de patiënt.
"Heb je die slak dan niet zien aankomen," vraagt zijn collega.
"Nee," zegt de ander, "hij kwam van achteren."
(Ignaz Matthey: 'Wat doet een altist die hogerop wil? De altviolistenmop als sociaal fenomeen', in: Mens en melodie, juni 1997, p.283.)
"Wat is jou overkomen?" vraagt de bezoeker.
"Ik ben op een slak gebotst," zegt de patiënt.
"Heb je die slak dan niet zien aankomen," vraagt zijn collega.
"Nee," zegt de ander, "hij kwam van achteren."
(Ignaz Matthey: 'Wat doet een altist die hogerop wil? De altviolistenmop als sociaal fenomeen', in: Mens en melodie, juni 1997, p.283.)
Beschrijving
Een altist bezoekt zijn lessenaargenoot die met een gebroken arm in het ziekenhuis ligt.
"Wat is jou overkomen?" vraagt de bezoeker.
"Ik ben op een slak gebotst," zegt de patiënt.
"Heb je die slak dan niet zien aankomen," vraagt zijn collega.
"Nee," zegt de ander, "hij kwam van achteren."
"Wat is jou overkomen?" vraagt de bezoeker.
"Ik ben op een slak gebotst," zegt de patiënt.
"Heb je die slak dan niet zien aankomen," vraagt zijn collega.
"Nee," zegt de ander, "hij kwam van achteren."
Bron
Ignaz Matthey: 'Wat doet een altist die hogerop wil? De altviolistenmop als sociaal fenomeen', in: Mens en melodie, juni 1997, p.283.
Commentaar
juni 1997
Datum Invoer
2013-03-01 14:46:20