Hoofdtekst
De kat antwoordt.Ne vent hier in Haasdonk ging elke morgen naar de vruugmis en gewoonlijk kwam hij zijn kat tege en dan zeetij: “poezeminneke”. En op ne morgen ging hij weer en ’t was pikdonker en hij streelde die kat die hij dacht dat ’t zijn was en zee: “aai, poezeminneke” en die kat antwoordde hem dattij heur gerust most late en die vent dierf niemiër noar huis goan.
Beschrijving
Een man uit Haasdonk ging iedere ochtend nar de vroegmis. Onderweg kwam de man gewoonlijk zijn kat tegen en dan zei hij: “Poezeminneke”. Op een dag kwam de man een andere kat tegen. In de veronderstelling dat het zijn eigen kat was, zei de man weer: “Poezeminneke”. Daarop antwoordde het dier dat het met rust gelaten wilde worden. Daarna durfde de man niet meer naar huis gaan van angst.
Bron
H. Verherstraeten, Leuven, 1970
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
oost-vlaams (noordelijk waasland)
118
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Haasdonk   
Plaats van Handelen
Haasdonk