Hoofdtekst
In Könsem (= Koninksem) moes(t) ereges een zoog (= zeug) bäggele (= biggen). En ze gingen de stal in, en doa was ook één van de geburen, en die kwam met, wei dat is wor! tcha, en de zoog had gebäggeld en toen veranderden ze allemaal in ratten! Dat was een heks, die uit de geburen! Mam (= moeder) moet het toch gezien hebben, an(d)ers vertelde ze het nie!
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
In Koninksem kwam een buurvrouw kijken naar een zeug die biggen moest werpen. Toen de biggen geboren waren, veranderden ze allemaal in ratten. De heks had daarvoor gezorgd.
Bron
M. Dreezen, Leuven, 1967
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (tongeren en omstreken)
R65
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Rutten   
Plaats van Handelen
Koninksem