Hoofdtekst
’t Was hier ‘ne keer ’n oud wijveke en ze ging rond met ‘ne pander met rijkoorden, blink, naalden en spellen, allé met ‘nen hele pander dingens. En zij had de name dat zij iets koste. En ze ging zij alle achte-veertien dagen bij de mensen of dat ze niet nodig hadden, maar de mensen betrouwden ze niet.En ’t waren hier mensen, en ze hadden ’n klein kindeke, en ze kwam daar ook. En de moeder van dat klein kindeke was zuuste niet thuis, ze was in ’t gebuurte. En dat vrouwke stond tegen dat kindeke te klappen aan de wiege. En ’t was één van de meeste (= grootste) jongens die achter moeder liep: "Dat wijveke is daar"! En zegt dat vrouwmens: "Godverd… ‘k ben gekl…" zegt ze, ze gaan mijn kind betoverd hebben"! En tien-veertien dagen later ’t kindeke stierf, ze had ’t heur gelapt. En van colère zegt de vader van dat kindeke: "Godverd… , ’t is ’n tovermete, ‘k ga ze van kant maken". En als ze ze zagen weggaan binst den dag, ze sloegen ze gade, en ze kwam ’s navonds naar huis. En hij ging gaan wachten aan heur huis tegen dat ze thuis kwam, ach ja, om heur kapot te maken. Maar ze kwam zij niet thuis. En als ze ’s nuchtends opstonden zagen ze toen dat ze zij thuis was, maar ze miek zij heur lijk onzichtbaar om thuis te geraken, ge ziet dat ze ’t toch wiste dat ze kwaad gedaan had.
Onderwerp
SINSAG 0543 - Hexe macht sich unsichtbar
  
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
In Anzegem leurde een oud vrouwtje met een korf vol veters, schoensmeer, naalden en spelden. Op een dag stond het vrouwtje bij de wieg van een kind wiens moeder even bij de buren was. Eén van de andere kinderen ging snel zijn moeder waarschuwen. De moeder was ervan overtuigd dat de leurster haar kind had betoverd. Tien of veertien dagen later stierf het kindje inderdaad. De vader was zo boos dat hij besloot de toverheks te vermoorden. Hij ging haar 's avonds opwachten bij haar huis, maar ze kwam niet thuis. De volgende ochtend zagen de mensen dat de leurster thuis was. Ze moet zichzelf dus onzichtbaar hebben gemaakt om naar huis te komen. De heks moet dus zeker wel geweten hebben dat ze kwaad had gedaan!
Bron
F. Van Houdenhove, Leuven, 1967
Commentaar
2.1 Heksen
west-vlaams (tussen schelde en leie)
363
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Anzegem   
Plaats van Handelen
Anzegem   
