Hoofdtekst
’t Was daar een keer een tussen Blankenberge en Walcheren, ’t was daar een die een meerminne opgevist hadde en ne (hij) brochte (bracht) ze naar ’t land en de man van die meerminne zei, ‘k moeten m’n vrouwe were (terug) hebben. Maar die visser wilde niet. En ne (hij) zei:“Walcheren, Walcheren’t zal je berouwenvan te stelen meerminsvrouweWalcheren zal vergaanen de toren alleen zal blijven staan.”En Walcheren is toch wel verzwolgen geweest ook he, van de zee. En de torre alleen is blijven staan.
Onderwerp
SINSAG 0031 - Die Prophezeiung des Meerweibes   
Beschrijving
Tussen Blankenberge en Walcheren had iemand een zeemeermin gevangen. De echtgenoot van de zeemeermin wilde zijn vrouw terug en zong:
"Walcheren, Walcheren
't zal je berouwen
van te stelen meerminsvrouwe
Walcheren zal vergaan
en de toren alleen zal blijven staan".
Walcheren werd inderdaad verzwolgen door de zee. Alleen de toren is blijven staan.
"Walcheren, Walcheren
't zal je berouwen
van te stelen meerminsvrouwe
Walcheren zal vergaan
en de toren alleen zal blijven staan".
Walcheren werd inderdaad verzwolgen door de zee. Alleen de toren is blijven staan.
Bron
J. Aspeslagh, Leuven, 1958
Commentaar
1.1 Watergeesten
west-vlaams (kamerlingsambacht)
23
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Nieuwpoort   
Plaats van Handelen
Blankenberge   
Walcheren