Hoofdtekst
T. Martlé ging naar huis en aan M. Schelstraetens staat er daar nog ne groten achtkant (canadaboom). Ewel daar heet hij een wijf tegen gekomen die zo groot was dasse mee haar hoofd toe in de spillen kwam. Maar z’en deed geen kwaad.
Beschrijving
Een man die naar huis ging, zag bij een canadese populier een vrouw staan, die zo groot was dat ze met haar hoofd de kruin van de boom raakte. Die reuzin deed niemand kwaad.
Bron
O. Mattheeuws, Leuven, s.d.
Commentaar
1.2 Aardgeesten
west-vlaams (grens oost- en zeeuws-vlaanderen)
22
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Knesselare