Hoofdtekst
Ene jong (= jongen) ging kerseren (= vrijen). Weiter (toen hij) op de straat was 's avonds voor noa zij(n) metske (= meisje) te gaan, kwam altijd een juffrouw in het wit zo heel ko(r)t langs hem. Op 't laatste dors(t) er bekans niemee noa zij(n) metske gaan.
Onderwerp
SINSAG 0310F   
SINSAG 0309 - Weisse Frau erschreckt Sünder
  
Beschrijving
Een jongen die 's avonds vaak zijn vriendin ging opzoeken, kwam onderweg altijd een witte juffrouw tegen. Daardoor durfde de jongen bijna niet meer naar zijn vriendin te gaan.
Bron
M. Dreezen, Leuven, 1967
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (tongeren en omstreken)
64
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Koninksem