Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

HSCHO0062_0063_11171

Een sage (mondeling), 1995-07-8 1995-07-8 (foutieve datum)

Hoofdtekst

I En ge zei ook nog iets van muizenstaartjes van (in) Opglabbeek?2 Dat is van Opglabbeek. Dat is dan een ander verhaal. Ik heb u gezegd dat Zwakhoven, Albèr Zwakhoven, van Opglabbeek, en z’n zuster alleen overgebleven waren van acht kinderen. En dat was zowat een zonderling als ge dat zo noemen wilt. Maar het was een mijnwerker en de mijnwerkers die worden als minderwaardig aanzien. Dat was toen bij de troep ook. Maar ge zijt mens of ge zijt beest. Maar mensen moeten mensen en beesten zijn beesten. En dat kon mij niet schelen. Dan had ik geen verhaal te geven. Awel en we zaten dan samen en een zekere Cuyken van Lommel - die heetten alletwee (= Cuyken en Zwakhoven) "Bèr" en ik dan … Maar doordat ik veel naar huis kwam met de melkerij want ik moest alles bijhouden, het administratief werk en alles, kon ik niet veel weg. En die Zwakhoven en Cuyken - Cuyken dat was ‘ne rooie’, die lag altijd overhoop omdat ze zegden "Rooie" en die had daar maar één antwoord op: "Hebt ge u èège al bekèèke?" op z’n Lommels. Maar die Zwakhoven dan, waar we het zullen over hebben, die was met z’n zuster alleen overgebleven als jongste van een gezin van acht kinderen. Die woonden op de heikant - zo noemden ze dat waar die woonden. Zodus dat waren Kempische huisjes die aan de hei, aan de boskant woonden. Die werkte in de mijn. Ze hadden geen ander licht dan ‘petrol’ (= petroleum) en ze hadden een kolenkachel. En in de winter was het vroeg donker en zaten ze in het huis met die lamp, die petrollamp. Kijk, zo een schouw die heeft hier een plaat [wijst naar schouw], die oude schouw wat we hadden ook, maar (bij) die was dat hoger. En dan hadt ge de Leuvense stoof die ging aan de muur in en boven die Leuvense stoof daar zat het altijd dik van vliegen in de zomer of in het begin van de herfst. Vliegen! Ongelofelijk! Maar bij hen waren dat muizestaartjes wat daar uitstaken. En als ze één uittrokken, dan kwamen drie, vier in de plaats. En de kinderen kwijnden weg en daar was niks tegen te doen. De zes oudste kinderen, de een stierf achter de ander en daar was geen verklaring voor. De dokter kon ze niet genezen. Pas op, ik spreek nu van rond de jaren 1915-’16 of nog eerder. En toen hadden ze dan de raad gekregen van de paters of de pastoor erbij te halen. Maar de ene pastoor die had geen macht en de paters die moesten van te ver komen en die waren niet genegen om ’s avonds, ’s nachts daar in die afgelegen hutten (te) gaan (bidden). De W.C. die stond een tien, vijftien meter achter het huis. Ja, dat is zo. Dat was vroeger hier ook. Nu zijn wij (volgens) een heel ander patroon aan het leven, maar vroeger was dat (zo). Dan hadden ze daar een emmer of iets onder staan, een houten bril.

Onderwerp

SINSAG 0581 - Hexe macht Mäuse    SINSAG 0581 - Hexe macht Mäuse   

SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste    SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   

Beschrijving

Bij een mijnwerker uit Opglabbeek stierven haast alle kinderen. Boven de Leuvense stoof zag men muizenstaartjes. Als men er één uittrok, kwamen er drie of vier in de plaats. De pastoor had niet genoeg macht om het huis te overlezen. De paters wilden 's avonds zo'n grote afstand niet meer afleggen.

Bron

H. Schoefs, Leuven, 1996

Commentaar

2.1 Heksen
limburgs (groot-riemst)
2 GG 62
Omstreeks 1915-1916
fabulaat

Naam Locatie in Tekst

Zussen    Zussen   

Plaats van Handelen

Opglabbeek    Opglabbeek