Hoofdtekst
Op de Slagmolen hadden ze 'ne knecht die gong vrijen in Meeuwen, op den Donderslag aan. Daar waren het allemaal heksen, zegden ze. Die vrijde daar met de meid, en hij kwam altijd op zijnen tijd. Maar toen hij ook eens onverwacht kwam: 'Is Marie niet hier?' zei hij. 'Jawel', zegden ze, 'die is in 't bakkes boggesmeel aan 't zeven.' De knecht gaat het bakkes in, en hij kijkt eens rond... Toen zag hij dat de zèft stil stond, en zij stond er aan met de ogen wijd open, en de muil open, daar was geen leven meer in. 'Dju, denkt hij, dat is toch wel raar...' En hij daar eens aan gestoten en geschud, maar dat leven bleef weg. En op 'ne keer... zjits? komt daar een straal licht door het sleutelgat binnen en ze gaat weer aan 't zeven. Die was heksen geweest, ik zal zeggen, de ziel was er uit.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
Op de Slagmolen werkte een knecht die een relatie had met een meisje uit Donderslag in de buurt van Meeuwen. Toen de knecht op een dag onaangekondigd zijn vriendin ging opzoeken, vroeg hij: "Is Marie niet hier?", waarop men antwoordde: "Jawel, ze is in het bakhuis boekweitmeel aan het zeven." Toen de knecht het bakhuis binnenging, zag hij dat de zeef stilstond. Marie stond ernaast met open mond en een wezenloze uitdrukking in haar ogen. Toen er even later een lichtstraal door het sleutelgat naar binnen scheen, ging het meisje door met zeven alsof er niets was gebeurd.
Het meisje was een heks, want soms ontsnapte de ziel uit haar lichaam.
Het meisje was een heks, want soms ontsnapte de ziel uit haar lichaam.
Bron
R. Celis, Leuven, 1954
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (bree en omstreken)
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Marie   
Slagmolen (Bree)   
Naam Locatie in Tekst
Bree   
Plaats van Handelen
Meeuwen   
Donderslag (Beek)