Hoofdtekst
En de boer die in ’t Zuid-Westen van die hofstee wunde, gebruikte land al de Noord-Oostkant en hij goeng gewoonlijk al deze kant de route in café “De naaldoge” om een pinte te drinken, maar op een gegeven avond goeng’n naar huis met een olielanteren, en de boerinne keek door d’achterdeure, en ze ziet’n kommen op den Utsy maar dat deurde een helen tijd tegen dat den boer Fransoo thuiskomt en zeg ze: “Sorel, vader en komt niet, hij moste hier al geweest hebben, ge gaat moeten gaan zien waar dat vader is”. Maar Sorel durfde niet gaan zien waar dat vader was. Zegt’n: “Henri, gaat gij mee”, maar ze durfden met tweên niet gaan, “de geesten zouden kommen”, zeien ze.Maar die drie zeuns (zonen) waren liefhebbers van Engelsche haans, en ze mochten thuis geen hebben, en ze goengen dat gaan zetten bij een zeker Sorel al den anderen kant van den Utsy. Maar als ’t avond was, ’t was donker en ze durfden niet naar huis gaan.“Die voeteuren (koetsen, voiture) zonder peerden zouden daar weere lopen”, zeien ze.
Onderwerp
SINSAG 0472 - Begegnung mit Geisterkutsche.   
Beschrijving
Drie boerenzonen durfden 's avonds niet meer buiten te komen uit angst voor de beruchte spookkoetsen zonder paarden die in de streek soms te zien waren.
Bron
A.-M. Devynck, Leuven, 1965
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (franse grens)
144
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Proven