Hoofdtekst
Daar was ook ene man komen kaarten, ’s avonds, ene vreemde, in ene café op de dijk bij ons, was dat, waar dat, de burgemeester die daar gestorven is, waar die gewoond heeft op de Maasdijk. En die man ’s avonds laat was die weggegaan, het was ene Jood zogezegd, en hij had nog kunsten gedaan, hij had nog geloof ik een kaart verbrand hé, enne, toen hij der kaarten schudde haalde hij er de kaart weer uit. En die is toen weggegaan ’s avonds laat, en daar hebben ze nooit nog iets van gehoord. En achteraf, hebben ze, toen, hebben ze op een zeker ogenblik eens een stuk van die weilanden langs de Maas, hebben ze een laag leem afgepakt hé, om de dijk aan te vullen, of zo iets, dat werd ooit gedaan hé, "grozen" afsteken of zoiets, en toen hebben ze daar een geraamte gevonden, menselijk geraamte, en dat moet, heel waarschijnlijk, die Jood geweest zijn. (…) Dat heb ik vader vaak horen vertellen.PK: en daar was ook zo iets bijzonders aan?Ja, dat was ene Jood en die ging met den duivel om, zegden ze. Ja, die kende zo allerlei trukskes hé. Maar kijk; eerst dachten er velen dat die van de Aarde was weggenomen, door de duivel of zo hé, tot ze hem vonden…
Beschrijving
Een jood ging 's avonds kaarten in een café bij de Maasdijk. De man verbrandde een kaart en wist die kaart daarna weer uit het spel kaarten te halen. Na die avond heeft men de jood nooit meer gezien. Toen men van een weiland langs de Maas een laag leem schepte om de dijk aan te vullen, vond men een menselijk geraamte. Dat was wellicht het lichaam van die jood die met de duivel omging.
Bron
P. Knabben, Leuven, 1970
Commentaar
3.1 Duivels
limburgs (maasvallei)
U/II/426
Vader van de informant
fabulaat
Bandopname
Naam Overig in Tekst
Maasdijk   
jood   
Naam Locatie in Tekst
Uikhoven   
Plaats van Handelen
Maas