Hoofdtekst
ê neeve woeunde ne knecht; dee zei da twôzelichskes ongedoepte keinger wôre; en dee zei dad hê ze ging doeupe; mo hê heit er noeit gien kunnen vang.
Onderwerp
SINSAG 0182 - Wiedergänger als Irrlicht   
Beschrijving
Een man die beweerde dat dwaallichtjes de zieltjes van ongedoopte kinderen waren, wilde er één proberen te dopen. De man is er echter nooit in geslaagd een dwaallichtje te vangen.
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
limburgs (sint-truiden)
37
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Zepperen