Hoofdtekst
dô kam ne kie een heks op mene pâ z’n scholder slôn. "Gê zêt toch e brôf menneke", zei ze; en ze sloeg hem; en hem sloeg huir dadelijk hoeuger en ging dan loeupe; want as ge hoeuger sloeg, kon z’oech niks doen.
Beschrijving
Een heks sloeg een man op de schouder met de woorden: "Jij bent toch een braaf mannetje!" De man sloeg onmiddellijk hoger dan de heks en liep dan weg.
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (sint-truiden)
487
Vader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Niel