Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

FVANH0422_0422_18367

Een sage (mondeling), 1967

Hoofdtekst

‘k Heb dat nog mijn grootvader horen vertellen. Ze weunden zilder hier ook op Kaster, op "den Broek", in ’n klein huizeke. En der weunde daar ook ’n beeste van ‘ne vent, van ’t gebuurte, die met alles de spot hield. En op zeker moment zegt ie: "Och, ge zijt gilder veel te benauwd van Lange Jeanne! Maar", zegt ie, "als ze iets kan doen, ewel, dat ze heur ‘ne keer verandert in ‘nen hond, en ze mag hier alle dagen komen spoken!" Goed hé, vanaf dat moment was-t-er alle dagen op den middag, ten twaalven ‘nen hond te zien, en de mensen sloten deuren en veisters van de schrik!! En dienen hond had lijk genen blaf in, en dat was ‘ne wreed groten en hij deed wreed aardig. En … lijk dat ‘k zeie, ze sloten de deuren van ulder huizen. Maar dat was geen avance, want dienen hond, dat was eigenlijk Lange Jeanne hé, ging al deur de deuren, hij liep rond in de plaatsen, en hij was were weg!!

Beschrijving

Op de Broek in Kaster woonde een man die met alles de spot dreef. Op een dag zei de man: "Jullie zijn veel te bang voor Lange Jeanne! Als ze iets kan doen, dan moet ze zich maar eens veranderen in een hond. Dan mag ze hier iedere dag komen spoken". Sindsdien verscheen er om twaalf uur 's middags iedere dag een hond. De mensen waren zo bang voor het spookdier dat ze hun ramen en deuren angstvallig gesloten hielden.

Bron

F. Van Houdenhove, Leuven, 1967

Commentaar

1.5 Plaaggeesten
west-vlaams (tussen schelde en leie)
76
Grootvader van de informant
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Lange Jeanne    Lange Jeanne   

Naam Locatie in Tekst

Kaster    Kaster   

Plaats van Handelen

Kaster    Kaster