Hoofdtekst
De bakker met mand op de rug.In den tijd dat de lange vra rondliep moeest ik eens op ne kiër naar den dokter, da was nogal ver langs nen iënzame weg da’k daarvoor moest gaan, de mensen vroegen me “zeddenie bang van de lange vra?”, maar ik was genen bangerik en ik zei “A ba neen!...” Toen ik een tijdje aan ’t gaan was kwam ik ze tegen en ik ging altijd op zij omdat ‘k haar nie vlak zou moeten passeren, toen da ‘k wat dichterbij was zag ik dat ’t den bakker was met een manne op zijne rug. Da was na die lange vra waar dat iedereen schrik van had.
Beschrijving
Een man moest langs een afgelegen weg naar de dokter. Omdat ‘de lange vra’ in de streek was gesignaleerd, vroegen de mensen de man of hij niet bang was. Toen de man een eindje onderweg was, kwam hij de lange vrouw tegen. Toen de man dichterbij kwam, stelde hij vast dat de ‘lange vrouw’ niemand minder was dan de bakker die voor de grap iemand anders op zijn rug droeg.
Bron
V. Van Onsem, Leuven, 1967
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
oost-vlaams (waasland en dendermonde)
137
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Sint-Gillis-Dendermonde