Hoofdtekst
Den domestiek moeste bakken en den boer was gaan wandelen langs ’t elshout en hij vond daar een vel, ’n werwulfsvel. Den domestiek zei: "Ge moet het maar verbranden." Hij had den oven geheel heet en ze staken ’t vel der in. En voor dat ’t helegans verbrand was, dat vromens was daar – ’t was zij die weerwulf was – ze deed kwaad. Dat is hier gebeurd op Aalbeke; ‘k heb het horen vertellen.
Onderwerp
SINSAG 0824 - Die verbrannte Haut (Gurt, Halsband)   
Beschrijving
Terwijl zijn knecht brood aan het bakken was, vond een boer uit Aalbeke een weerwolfsvel in het elzenhout. De knecht gaf de boer de raad om het vel te verbranden. De boer gooide het vel in de oven. Nog vóór het vel helemaal was opgebrand, kwam de vrouw die voor weerwolf moest spelen, aangelopen.
Bron
M. Sagaert, Leuven, 1955
Commentaar
1.6 Weerwolven
west-vlaams (zuiden)
192
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Aalbeke