Hoofdtekst
mene groeutpâ was ene koeupman; en hem kam ’s ôves thâs; en in een wei zag hem vrouwe dânsen en drinke; en hem moes meidrinke; mo vuir dat hem wegging, zei ien: "Ziet da dje noeut niks vertelt van wa dje hê gezien hêt.
Beschrijving
Een man die op een avond naar huis wandelde, zag in een weide een groep vrouwen dansen en drinken. De man dronk met de vrouwen mee, maar vooraleer hij weer vertrok, sprak één van de vrouwen tot hem: "Vertel nooit aan iemand iets over wet je hier hebt gezien!"
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (sint-truiden)
277
Grootvader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Nieuwerkerken