Hoofdtekst
Heks kan niet stervenJa, en toen is ze ziek geworden. En ze stierf, ze kost niet sterven. En daar had de pastoor al bij geweest, en den doktoor al bij geweest, en ze kon niet sterven. En dan zeiden ze, de mensen, dat ze haar hekserij moest kunnen overgeven aan iemand, dan zou ze kunnen sterven. En niemand wilde daar hene gaan hé. En toen, de oudste dochter heeft dat toen overgepakt. Ja, maar die heeft daar nooit niks slecht mee gedaan, zegt ons moe. En toen stierf ze, zo gauw als die dochter het over gepakt had. Hoe dat dan gebeurde, dat weet ik niet zulle, want ik, allé, ik kan ook zo maar alles niet geloven zulle. K. Nee?F. Maar ik hoorde ons moe dat vertellen, en nonkel Sus vertelde dat, hé, en dat was dan bij ons in huis gebeurd. Zo. . .
Beschrijving
Een heks die niet kon sterven, kon niet door de pastoor of de dokter worden geholpen. De mensen geloofden dat de heks pas zou kunnen sterven wanneer ze haar toverkracht aan iemand anders had doorgegeven. Nadat de oudste dochter van de heks de toverkracht van haar moeder had overgenomen, stierf de heks.
Bron
K. Bruynseels, Leuven, 1991
Commentaar
2.1 Heksen
antwerps (nijlen)
3
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Nijlen