Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

APRIN0142_0143_8873 - Behekste jongen heeft tovermacht

Een sage (mondeling), 1965

Hoofdtekst

Daar was ne jongen en die was behekst. Die heks zei altijd: "Als ge iets wilt leren moet ge me nazeggen. Als hij dat niet deed, dan gooide de heks hem in de muil van een paard of koe.Op ne keer kwam die jongen terug met de koeien uit de wei. Zijn moeder ging dan de koeien vastbinden in de stal. Maar die jong had zijn klonken in het broek laten staan. Die zei dat hij met zijn klonken terug zou zijn voordat ze met de koeien in de stal was. En dat was zo. Want voor zijn moeder de koeien had vastgebonden - ze stond nog met de koord in haar handen - en die jong was al terug met zijn klonken. Dat broek was nochtans veraf. Dat kwam door die heks. Die jong sprong ook over het dak. Aan de ene kant van het huis omhoog en aan den andere kant van het huis op de grond. Zijne pa ging toen met hem mee naar de Paters van Hasselt. In Kiewiet kwamen ze langs een veld; de haver stond daar heel groen. De jong zei: "Straks is die haver rijp." Toen ze terugkwamen rammelde die haver van de rijpigheid. Toen de jong voor den eerste keer ging, vroegen ze hem: "Waar is uw vader?" "Aan de Hasseltbrug" zei hij. De tweede keer was hij halfweg. De derde keer was hij in Zonhoven. De vierde keer kwamen ze samen thuis. Toen was het gedaan.

Onderwerp

SINSAG 0535 - Hexenkunst wird gelehrt. Alte Frau lehrt ein Kind die Hexenkunst.    SINSAG 0535 - Hexenkunst wird gelehrt. Alte Frau lehrt ein Kind die Hexenkunst.   

SINSAG 0750 - Andere Zauberei.    SINSAG 0750 - Andere Zauberei.   

SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste    SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   

Beschrijving

Een jongen ging vaak om met een heks die zei: "Als je iets wil leren, dan moet je me nazeggen". Als de jongen weigerde, gooide de heks hem in de muil van een paard of een koe.
Toen de jongen op een dag de koeien terugbracht van de weide, stelde hij vast dat hij zijn klompen in het broek was vergeten. Tot zijn moeder sprak de jongen: "Ik zal met mijn klompen terug zijn nog vóór jij de koeien in de stal hebt gezet". Zo gebeurde het ook. De jongen kon ook moeiteloos over het dak van het huis springen.
De vader besloot met zijn zoon naar de paters van Hasselt te gaan. Onderweg kwamen ze voorbij een veld met haver die nog groen was. "Wanneer we straks terugkomen, zal de haver rijp zijn". Dat was ook zo. Toen de jongen voor de eerste keer bij de paters kwam, was zijn vader bij de Hasseltbrug. De tweede keer was zijn vader halfweg. De derde keer was hij in Zonhoven. De vierde keer kwam de vader samen met zijn zoon aan.

Bron

A. Princen, Leuven, 1965

Commentaar

2.1 Heksen
limburgs (tussen hasselt en beringen)
329
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Hasseltbrug    Hasseltbrug   

paters van Hasselt    paters van Hasselt   

Naam Locatie in Tekst

Heusden    Heusden   

Plaats van Handelen

Hasseltbrug    Hasseltbrug   

Zonhoven    Zonhoven   

Hasselt    Hasselt