Hoofdtekst
Onderwerp
SINSAG 0904 - Der vierte Mann. Teufel als Kartenspieler erkannt am Bocksfuss (Pferdefuss).   
Beschrijving
Enkele mannen zaten in een herberg te kaarten. Op zeker ogenblik kwam er een vreemde binnen, die vroeg of hij mocht meespelen. De mannen gingen akkoord. Die vreemde won echter altijd en troggelde de andere spelers op die manier al hun geld af. Toen één van de spelers zich bukte om een gevallen kaart op te rapen, stelde hij vast dat de vreemde koeienpoten had. De vreemde sprak toen: "Dat is nog niet alles. Je kan mij geen enkele opdracht geven, die ik niet kan vervullen". De mannen daagden de vreemde uit om zijn neus door een ankergat (1) van een houten balk te steken. De vreemde kroop op een tafel en deed wat men hem had gevraagd. Intussen was één van de kaarters echter naar buiten gegaan. Hij was daar op een ladder gekropen. Toen de vreemde zijn neus in het gat stak, sloeg de kaarter er een nagel in. Daarop riep de duivel: "Dat is kruiswerk!" en hij verdween.
Bron
V. Michiels-Lecock, Leuven, 1973
Commentaar
3.1 Duivels
brabants (tienen)
3g
fabulaat
(1) ankergat: muuropening voor een anker
Naam Locatie in Tekst
Goetsenhoven