Hoofdtekst
Gusten Margin van Koksiede, de grafmaker, e was e graf an ‘t dèven, en en hoorde dao nevens e kiend schreeuwn in ze graf, dat was e kiend van e joenge dochter.
Beschrijving
Toen een man uit Koksijde een graf aan het delven was, hoorde hij naast zich een kindje huilen in zijn graf. Het was het kind van een ongehuwd meisje.
Bron
S. Van Bael - Lehouck, Leuven, 1969
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (bachten de kupe)
166
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Veurne   
Plaats van Handelen
Koksijde