Hoofdtekst
Ik heb zo eens gehoord van ene die naar Luik reed en dat was altijd met paard en kar in de tijd en ze kwamen dan dikwijls 's avonds laat terug gelijk dat al was. Ineens kwam daar een dwaallichtje op zijn zadel zitten, zo een klein lichtje en dat bleef op de zadel van zijn paard hangen. En hij vertelde mij dat hij dat doopte met koffie want dwaallichtjes waren de zielen van ongedoopte kinderen, zegden de mensen. En toen hij dat gedoopt had, hing op de slag zijn haam (= tuig van het paard) en heel zijn paard vol. En op het laatste had hij geen koffie niet meer om te dopen. En hij is moeten rijden tot hij aan de plas kwam waar hij verder kon dopen. Zo vertelde die dat hij aangekomen is.
Onderwerp
SINSAG 00182   
SINSAG 0181 - Die getauften Irrlichter   
Beschrijving
Een man die met paard en kar naar Luik reed, zag plots dat er een dwaallichtje op de kar was komen zitten. Omdat de man wist dat dwaallichtjes de zieltjes van ongedoopte kinderen waren, doopte hij het lichtje met wat koffie. Het volgende ogenblik zat de hele kar echter vol dwaallichtjes, die allemaal gedoopt wilden worden. Omdat de man geen koffie meer over had, reed hij naar een vijver waar hij voldoende water had om alle dwaallichtjes te dopen.
Bron
W. Achten, Leuven, 1971
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
midden-limburgs
a
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Hasselt   
Plaats van Handelen
Luik