Hoofdtekst
Heksen in de gedaante van een haas.Dat was toen dat we nog in Bracht woonden. De vrouw van de kantenier Verwimp, die woonde tegen de Oostmalse makadam. Die had ne man in 't graf geholpen. Die liep rond als een haas. En die hebben ze in zijne poot geschoten. En later liep die vrouw van de kantenier met een gat in haar hand. En dat heb ik zelf gezien, juffrouw, zo waar als ik hier staan. Ge kunt het geloven of niet. En als we naar huis kwamen en 'k zag ze afkomen dan liep ik een straat om. En als ik ze dicht bij de koe zag dan leidde ik de koe weg. Ja, juffrouw, en als ze in de winkel was, waar dat ik was, was ik seffens weg. Ik had het er echt niet mee.
Onderwerp
SINSAG 0640 - Hexentier verwundet: Frau zeigt am folgenden Tag Malzeichen.
  
Beschrijving
In Brecht woonde een vrouw die zich in een haas kon veranderen. Toen men de haas een keer in de poot had geschoten, ontdekte men dat die bewuste vrouw een gat in haar hand had. De heks heeft een man in het graf geholpen.
Bron
R. Aertsen, Leuven, 1953
Commentaar
2.1 Heksen
antwerps (noorden van de antwerpse kempen)
206
memoraat
Naam Locatie in Tekst
Overbroek-Brecht   
Plaats van Handelen
Brecht