Hoofdtekst
Roos van Peer Slinks lak welle zegge dieje gink zoewe eens no huis do bove oppe Berg. En do bove aanne grot do, do stond een grote hooimijt en die kwamp in ’t midde vanne weg staan en die hooimijt gink altij veurtser he wicht tot bij Jonneke van Leuve, allee Jonneke Willems ge weet wel he. Do bleef die staan. En ’s anderendaags ging ze zien dat die hooimijt do nog stond he en toen was do een waterkot mee nen dorenborst.
Onderwerp
SINSAG 0478 - Andere Erlebnisse; unbeschreibbare Spukerscheinungen.   
Beschrijving
Toen Roos naar huis ging, zag ze bij een grot een hooimijt die midden op de weg stond en zich voortbewoog. De volgende dag was de hooimijt verdwenen en zag Roos op die mysterieuze plaats een waterput en een doornenstruik.
Bron
M. Vankerkhoven, Leuven, 1964
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (grensgebied kempen-hageland)
277
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Roos   
Naam Locatie in Tekst
Tessenderlo