Hoofdtekst
Van den Alf geleid.Ons moeders broer was een geweldige strooper, die ging veel kraaien schieten en op duivenjacht. Op een avond ging hij weer eens weg, het was maneschijn. Hij had zijn geweer geladen. Hij gaat naar de Bulebosschen en hij wist goed dat daar kraaien gevallen waren. Hij zet zijn "blokken" aan den eersten boom. Dat was nogal een groot bosch en hij ging er nogal ver in. Toen zag hij op een boom acht kraaien zitten, hij schiet: daar valt geen een of daar vliegt geen een op. Hij werd bang, gaat terug uit het bosch, vindt den boom terug maar ziet zijn "blokken" niet meer. Hij gaat op zijn kousen naar huis, het was maar tien minuten gaan – en twee uur lang gaat hij eerdat hij thuiskomt. En 's anderendaags staan zijn blokken aan denzelfden boom.
Beschrijving
Een stroper die veel kraaien en duiven schoot, ging op een avond in de maneschijn op pad. De man zette zijn klompen tegen een boom aan de rand van het bos. Toen de man in de Bulebossen acht kraaien zag, schoot hij ernaar. Merkwaardig genoeg viel er geen enkele kraai op de grond en vloog er ook geen enkel dier op. De man liep bang naar huis, maar vond zijn klompen niet meer tegen de boom waar hij ze had achtergelaten. De man ging dan maar op zijn sokken naar huis. Toen hij de volgende dag opnieuw bij het bos kwam, vond hij zijn klompen daar terug bij de boom.
Bron
A. De Haes, Leuven, 1943
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
antwerps
94
Oom van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Herentals