Hoofdtekst
Beschrijving
De dochter van boer C. was een heks. Toen de heks gestorven was, legde men haar lijk op een wagen met twee paarden. Merkwaardig genoeg slaagden de paarden er niet in om het lijk van de heks voort te trekken. Pas nadat de paters het lijk drie- of viermaal hadden overlezen en helemaal bezweet waren van de inspanning, konden de paarden verder.
Bron
H. Van Hoof, Leuven, 1958
Commentaar
2.1 Heksen
antwerps (lier en omgeving)
237
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Kessel