FVANH0072_0072_17722

Der was ook ‘n keer ‘n vent René en hij weunde hier in ‘t gebuurte en hij ging ‘n keer langs de vaart en hij was-t-er ommeddekeer lijk ingetrokken deur ‘n waterduivel of zuk iets hé en pertank, hij ging wel twee meters van ‘t water, maar ommeddekeer gevoelde hij lijk entwadde op zijn schouders en hij was-t-er lijk ingezogen in ‘t water zonder dat hij er entwadde koste aan doen en hij begoste hem achter ‘n tijd vervaard te komen om langs de vaart te gaan, hij was-t-er altijd ingetrokken en als dat al ‘n paar keers gebeurd was vond hij entwadde der op. Als-t-ie later were langs ‘t water moeste passeren, ging-t-ie eerst in de kerke en hij ging op de preekstoel gaan staan en hij ging toen langs de vaart en hij was-t-er were ingetrokken en hij deed de "waterstap" - wat dadde zuuste is, wete ‘k niet zulle, maar hij ging hem lijk deur de vaart en hij koste pertank niet zwemmen, maar hij bleef algelijk (toch) boven.

Een man werd altijd in het water getrokken wanneer hij langs de vaart wandelde. Op een dag ging de man vóór zijn wandeling in de kerk op de preekstoel staan. Toen hij weer in het water belandde, deed hij de 'waterstap' (1) en bleef boven, hoewel hij niet kon zwemmen.

F. Van Houdenhove, Leuven, 1967

1.1 Watergeesten

west-vlaams (tussen schelde en leie)

3

fabulaat

(1) De informant vertelt zelf niet te weten wat de 'waterstap' is.

Vichte    Vichte