Hoofdtekst
Toe Heinemans op ’t Vossenhol. Dat is nog over mijn moeders; en d’er zat daar altijd ne veugel (vogel) op elder (hun) dak te roepen en z’han almaar ongelukken en ze wierden kompleet uitgeschud. En da was een beeste die zat te roepen. En in elder (hun) schure was da gelijk mee ne windemeulen (windmolen) en dessen (dorsen). En onze gingen gaan kijken zagen ze niets. Ze wierden schauw (bang) en ze trokken naar de paters van Steenbrugge. De die kwamen zelder lezen en ’t was ermee gedaan.
Beschrijving
Op boerderij ''t Vossenhol' had men altijd ongeluk. Op het dak van de boerderij zat een vogel te roepen en in de schuur hoorde men geluiden alsof er werd gedorst met een windmolen. Wanneer men ging kijken, was er echter niets te zien. Nadat de paters van Steenbrugge de boerderij hadden overlezen, kwam er een einde aan de spookverschijningen.
Bron
O. Mattheeuws, Leuven, s.d.
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (grens oost- en zeeuws-vlaanderen)
231
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Steenbrugge (paters van)   
't Vossenhol (Maldegem)   
paters van Steenbrugge   
Vossenhol ('t) (Maldegem)   
Naam Locatie in Tekst
Maldegem