Hoofdtekst
Mandus:Vroeger was het thuis café. Daar kwamen de boeren van het dorp samen, zoals Kliskes Willem (Willem Mercken) en andere. Dan begonnen die daar farcen (moppen) te vertellen. Wij luisterden dan met ons volle verstand.Mijn vader werkte vroeger bij de moller (molenaar), bij Baltese (Baltasaar Claesen) en 's avonds moest hij soms gaan helpen als een merry moest veulen. Hij ging dan van thuis uit achter Stroeken (een familie in Spouwen) door over het kerkwegske. Daar kwam dan een begijn en die legde haar hand op de haag en dan blies ze warme damp in zijn gezicht. Zijn haar ging rechtop staan.
Onderwerp
SINSAG 0478 - Andere Erlebnisse; unbeschreibbare Spukerscheinungen.   
Beschrijving
Een molenaarsknecht moest 's avonds vaak bij een boer gaan helpen wanneer er een veulen geboren werd. Bij het kerkwegje zag de jongen tot zijn grote schrik een begijn die haar hand op de haag legde en warme damp in zijn gezicht blies.
Bron
L. Dreessen, Leuven, 2002
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (groot-bilzen)
6a
Vader van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Grote-Spouwen