Hoofdtekst
in de Zaatstrôt woende een vrouw en di was een heks, mo niemand geloeufde da; en ne kie kam een vriendin thös en ze zei teigen ons mâ (en di loug ni, zuir!), en ze was ’s nachs in de Zaatstrôt en ze dacht da er een Witzester afkam, en as ze bêkam, zag ze dat het di vrouw was. "Ik ken ouch", zei ze; en di heks liep weg.
Beschrijving
Haast niemand wist dat in de Zaatstraat in Sint-Truiden een heks woonde. Een vrouw die bij iemand op bezoek kwam, vertelde: "Ik was 's nachts in de Zaatstraat en dacht dat er een Witzuster kwam aangelopen. Dichterbij gekomen, zag ik echter dat het de heks was. 'Ik ken u', zei ik, en vervolgens liep de heks weg".
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (sint-truiden)
278
Moeder van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Witzuster   
Naam Locatie in Tekst
Sint-Truiden   
Plaats van Handelen
Zaatstraat (Sint-Truiden)   
Sint-Truiden