Hoofdtekst
’t Gebeurde da ’t omme ne keer begoste te waaien. De varende vrouwe paktege hele kapellen vlas in de lucht en hele stuiken (schoven) in den tijd van den oest.
Beschrijving
Soms begon het tijdens de oogst plots hevig te waaien. De varende vrouw deed dan hele kapelletjes en schoven vlas in de lucht vliegen.
Bron
G. Speecke, Leuven, 1959
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (menen en omstreken)
45
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Kuurne