Hoofdtekst
Paster Lootens ot en etwao wilde zien, e was ie dao. Lotje Legein e kwam de paster tegen, appauprès wao da nu de wolkenkrabber is. “Ja” zeit en “Lotje, go je were no ’t strange en zundag zien.” En op strange voent en e stikj’oet en ’s nachts ten twaoven stoent en op den hogen blekker domei.
Onderwerp
SINSAG 0667 - Zauberer führt irre.   
Beschrijving
Een strandjutter kwam de pastoor tegen, die verontwaardigd zei: "Wel, ga je weer naar het strand op een zondag?" Op het strand vond de strandjutter een houten stokje. De volgende nacht stond de strandjutter om twaalf uur met het stokje op een hoge duin.
Bron
S. Van Bael - Lehouck, Leuven, 1969
Commentaar
2.2 Tovenaars
west-vlaams (bachten de kupe)
569
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Oostduinkerke