Hoofdtekst
Variante. Daar was ne keer ne vent die nen boom gekocht had en dien boom deed dienst als paal, maar nu als hij begost dien boom uit te doen, kwam er een toveresse bij hem “Ah,” zei ze, “ge moet dien boom laten staan” – “h bah'k en doe,”zei die vent, “k heb dien boom gekocht en ik doe hem uit” en ze stonden daar te kijven dat het wreed was en die toveresse ging voort, “Maar,” zei ze, “ik zal u nog wel vinden,” en ze klopte op zijn schouder, maar geloof mij, sedertdien en heeft die vent geen uur meer gezond geweest en als hij in zijn bedde lag, zag hij al over ander dag die toveresse op de trap komen, en hij noemde ze aan zijn vrouw en dat was pertank meestal een zwarte katte dat hij zag lopen, maar hij wist ze goed te noemen.
Onderwerp
SINSAG 0608 - Andere Begegnungen mit Hexentieren.
  
Beschrijving
Een man had een boom gekocht, die hij als paal wilde gebruiken. Toen de man de boom wilde meenemen, sprak een toveres: "Je moet die boom laten staan". De man hield echter voet bij stuk en nam de boom mee. Daarop klopte de toveres de man op de schouder en zei: "Ik zal je nog wel vinden". Daarna is de man geen uur meer gezond geweest. Wanneer de man in zijn bed lag, zag hij de toveres altijd in de gedaante van een zwarte kat op de trap lopen.
Bron
S. Bohez, Leuven, 1956
Commentaar
2.1 Heksen
oost-vlaams (tussen leie en schelde)
241
fabulaat