Hoofdtekst
An den hoek, de Posthoorn, waren d’huizen betoverd. ’s Nachs rolden de patatten ip de zolder gedeurig weg en were, en der was niet an te doen.
Beschrijving
Bij de Posthoornhoek waren de huizen betoverd. 's Nachts rolden de aardappelen daar op de zolder heen en weer. Men kon er niets aan doen.
Bron
G. Speecke, Leuven, 1959
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (menen en omstreken)
155
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Menen   
Plaats van Handelen
Posthoornhoek (Menen)