Hoofdtekst
Heiligdom mag niet verloren gaan.De moeder van ons vader die was jong. Het was daar herberg en neffe die herberg stond er een turfmijt. 's Nachts ging er altijd een lichtje rond die mijt. De geburen kwamen hen dan altijd oproepen en als ze dan gingen zien dan zagen ze zelf nooit niks. Op ne keer nu had de moeder van ons vader eens nen hoop turf uit die mijt gehaald en in dien turf lag ne lodder in de vorm van een hand met letters op en die ging daarmee naar de pastoor. De pastoor zei dat dat heiligdom was dat door de paus gewijd was en dat mocht niet verloren gaan. Daarom ging dat licht altijd rond die mijt.
Beschrijving
Naast een herberg stond een turfmijt waar altijd een lichtje rond vloog. Wanneer de buren het lichtje zagen en de familie van de herbergier wakker maakte, zagen die mensen niets. Op een dag vond men in de turfmijt een doek in de vorm van een hand met letters op. Men bracht de doek naar de pastoor, die zei dat het ging om een heiligdom dat door de paus was gewijd en dat niet verloren mocht gaan.
Bron
W. Van Hoof, Leuven, 1963
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
antwerps (heist-op-den-berg en omgeving)
15
Grootmoeder van de informant
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Berlaar