Hoofdtekst
Op de Bemmertmolen daar, dat heb ich nog geweten van mij vader, daar hadden ze ne knecht, wacht eens hoe heette die weer, ja de naam schiet mij nu nie in mijne kop, maar dat was de rechte juste nie. Daar zaten de gendarmen achter en dan ging hij als ne zwarten hond voor de molen zitten als ze afkwamen. Zo plaagde hij ze dan, want daar dierf toch niemand aankomen, dat kunt ge wel begrijpen.
Onderwerp
SINSAG 0804 - Werwolf nimmt viele Gestalten an.   
Beschrijving
Op de Bemmertmolen werkte een knecht die zichzelf in een hond veranderde wanneer de politie hem achternazat.
Bron
I. Kenens, Leuven, 1957
Commentaar
1.6 Weerwolven
limburgs (noord-west)
304
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Bemmertmolen (Sint-Huibrechts-Lille)   
Naam Locatie in Tekst
Neerpelt