Hoofdtekst
X: Ja, over Onzevrouwtje van Sint-Jan, dat verhaal daar …13: Jacqemijne, Jacqemijne Bayard.14: Die een doodgeboren kindje had hé.13: Of was dat die niet die ging lezen, Jacqemijne?14: Het was de meid die ging hé. Jacqemijne was de moeder.13: Jamaar, en hoe heette de meid?14: Ah, ik weet niet hoe zij heette.13: Wel, dat was geen meid, dat was een godvruchtige…, een godvruchtig meisje.14: Maar…13: Jacqemijne Bayard.14: … Jacqemijne was de moeder hé, van dat kindje.13: En hoe heette de man?14: Was het niet Vanhove of zoiets?13: Vanhove, Jacob Vanhove?14: Zoiets, ik weet het niet meer erg juist.13: En daarvoor … je kunt dat ook zien in het ding… in het boekje zeker.
Onderwerp
SINSAG 0131 - Die Entstehung der Hügel   
Beschrijving
In het Onzeheertjesbos vond iemand een Christusbeeld. De man nam het beeld mee naar huis en zette het op de schouw. De volgende ochtend stelde de man vast dat het beeld was verdwenen. Het lag opnieuw in het bos waar de man het had gevonden. Toen datzelfde nog een keer opnieuw gebeurde, besloot men een kapel te bouwen in het bos op de plaats waar het beeld was gevonden.
Bron
M. Sohier, Leuven, 1982
Commentaar
5. Sagen - Legenden
west-vlaams (poperinge)
13F
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Onzeheertjesbos (Poperinge)   
Naam Locatie in Tekst
Poperinge