Hoofdtekst
Ewel, wat dat we nu gaan vertellen is gebeurd op ’t hof van Logghens Petje, die Logghe dat je zegt dat hij joe nu naar hier gezonden heeft. Z’hadden daar een stik land en als ze daarop aan ’t werken waren en ze kwamen t’enden hoorden z’altijd nen trog schrepen. Ze vertelden dat tegen ne groten die een beetje van alles op d’hoogte was. Hij zei: "Als je dat nog ne keer hoort moet je zeggen: "Elzenhoekske bakt een koekske". Hij deed dat en als ze daar were kwamen lag d’r daar een koekske op een schoon wit lakentje. Ze gaven ’t koekske aan den hond. En almetnekeer de grond ging open en hond en koekske zakten d’rin en z’hebben daar nooit niet meer van gehoord of gezien.
Onderwerp
SINSAG 0478 - Andere Erlebnisse; unbeschreibbare Spukerscheinungen.   
Beschrijving
Op een boerderij in Ichtegem spookte het. Wanneer men daar op het veld aan het werk was, hoorde men altijd iemand een trog uitschrapen. Iemand gaf de boer de raad om de volgende keer te zeggen: "Elzenhoekske bakt een koekske". Toen de boer dat deed, zag hij even later een koekje op een mooi wit laken liggen. De boer gaf het koekje aan de hond. Het volgende ogenblik scheurde de grond open en zakte de hond erin. Daarna is op de boerderij niets vreemds meer gebeurd.
Bron
W. Van Houcke, Leuven, 1970
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (houtland)
310
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Ichtegem   
Plaats van Handelen
Ichtegem