Hoofdtekst
’t Is hier bij een boer toe (te) Wilskerke, en ze zagen daar iederen avond een doodkeerse in een boom. En ’t doste (’t durfde) daar niemand bij gaan. Maar ze kregen een nieuwe knecht, en dat was nogal een stouten (waaghlas), en je (hij) zei, morgenavond gaan ‘k der naartoe. En je ging en asten (als hij) d’r bij kwam dat luchtje (lichtje) sprak en zei: zeven dagen nog moet ik hier zitten. En dat was een ziele he, die nog moeste ronddolen.
Onderwerp
SINSAG 0182 - Wiedergänger als Irrlicht   
Beschrijving
Bij een boer in Wilskerke zag men iedere avond een doodskeers in de boom. Op een avond ging een dappere knecht naar het lichtje toe. Het lichtje zei dat het daar nog zeven dagen moest zitten. Het was een ziel die nog moest ronddolen.
Bron
J. Aspeslagh, Leuven, 1958
Commentaar
1.3 Vuurgeesten
west-vlaams (kamerlingsambacht)
48
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Wilskerke   
Plaats van Handelen
Wilskerke