Hoofdtekst
Ja, op Elsegem, op ’t kloosterhof, heeft ’t vroeger nog vele gespookt, en ’t was altijd "Lange Jeanne".Mijn grootvader heeft ze nog gezien als ze ’s nuchtends vroeg deur de koeiestaldeure geleund stond. ’t Was ’n vreemd lange, magere, met grote nagels aan heur handen. Ze zit nu – naar dat ’t schijnt – in den eike die daar staat. En alle honderd jaar komt ze ‘nen meter nader bij ’t hof en den eike gaat mee.
Beschrijving
In een klooster in Elsegem kwam Lange Jeanne spoken. Op een dag zag een man haar tegen de deur van de koeienstal leunen. Het was een lange magere verschijning met grote vingernagels. Later zat Lange Jeanne in de eikenboom. Iedere honderd jaar kwam ze een meter dichterbij en de eikenboom ging mee.
Bron
F. Van Houdenhove, Leuven, 1967
Commentaar
1.5 Plaaggeesten
west-vlaams (tussen schelde en leie)
71
Grootvader van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Lange Jeanne   
Naam Locatie in Tekst
Kaster   
Plaats van Handelen
Elsegem