Registratie zal enige tijd duren. Deze functie is in ontwikkeling.

WVANH0035_0035_16956 - De doodskaars verschijnt omdat ze geroepen wordt: een hand die een kaarsje draagt.

Een sage (mondeling), 1970

Hoofdtekst

Dat was ne groep jonkheiden, ginder aan Beveren aan ’t Duits kerkhof weg dat ze gingen. Ze wensten al lachend ne keer een "verkeer” te zien. Aan dat busseltje aan Maria Vermeulen waren d’r altijd luchtjes te zien. Ze vroegen wien dat er doste wenken. "Ik”, zie Manten en d’r kwam daar een hand met een keerstje in nevers hem. Zijn haar stond rechte van benauwdheid.

Beschrijving

Enkele jongeren wandelden samen voorbij het Duits kerkhof in Beveren en zeiden lachend dat ze wel eens een spook wilden zien. Bij een bosje wat verderop waren altijd lichtjes te zien. De jongeren daagden elkaar uit om naar de lichtjes te wenken. Toen een jongen dat had gedaan, verscheen er een hand met een kaarsje erin naast hem. De jongen was doodsbang.

Bron

W. Van Houcke, Leuven, 1970

Commentaar

1.3 Vuurgeesten
west-vlaams (houtland)
75
fabulaat

Naam Overig in Tekst

Duits kerkhof (Beveren)    Duits kerkhof (Beveren)   

Naam Locatie in Tekst

Torhout    Torhout   

Plaats van Handelen

Beveren    Beveren