Hoofdtekst
dô was een strôt wô niemand dêrde duirgôn; en iene ging toch duir; en iniens vulden er it van achter; en er vulde, en het was allemôl hôr achter hem.
Beschrijving
In Mielen was een straat waar niemand durfde te komen. Een man die daar op een dag toch kwam, voelde iets harigs achter zich.
Bron
A. Abeels, Leuven, 1965
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
limburgs (sint-truiden)
199
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Mielen   
Plaats van Handelen
Mielen