Hoofdtekst
Ik heb nog van één horen vertellen dat binst dat er een zwijn aan ’t vikken was, dat er daar almetnekeer een padde kwam. Z’hadden daardoor allemale vikkens met ne kop lijk een padde.
Beschrijving
Op een boerderij verscheen een pad op het moment dat een zeug biggen moest werpen. De biggen die geboren werden, hadden allemaal een paddenkop.
Bron
W. Van Houcke, Leuven, 1970
Commentaar
1.4 Luchtgeesten
west-vlaams (houtland)
270
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Veldegem