Hoofdtekst
Er waren een keer drie bulten en ze hadden gehoord dat er daar alle nachten schone meisjes kwamen dansen op een kruisstrate en al dat ge daar vroeg, dat ge dat daar kreeg. Zo, d’eerste bulte ging en je keek hij altijd schone naar dat dansen en je zei hij niemendolle. Als ze gedaan hadden met dansen, ze gaan bij dat bultje, "wat zou je begèren”? zeggen ze. "Och dametjes toch”, zegt hij, "dat ik toch koste mijn bulte kwijt zijn”! En den dien was zijn bulte kwijt. Je gaat naar huis en je vertelt dat tegen de tweede bulte. "Goddorie”, zegt die tweede bulte, "ik gaan ook gaan als dat zo gemakkelijk is”! Je gaat naar die kruisstrate en als het twaalven van de nacht is komen die heksen daar were dansen. Als ze gedaan hebben met dansen, ze gaan ook bij dat bultje en ze vragen: "Wat zou je begèren, jongen”? "Och”, zegt hij, "dat ik toch mijn bulte kwijt waren lijk een ander, ‘k zou toch zo blijde zijn”! En ’t was goed, je was ook zijn bulte kwijt. Je gaat naar huis. "Goddomme”, zegt den derden, "ik gaan ook gaan” en je ging. Als den derden daar dat vrouwvolk zag dansen, dat was nogal een geestige bulte, je danste hij mee met die meisjes, den ene keer met die hekse, den anderen keer met een ander. En als ze gedaan hebben met dansen, zeggen ze tegen die derde bulte: "Wat moeten me nu met jou doen”? Ze kijken naar mekaar, die heksen, "wat zouden w’er nu mee doen met den dien”, zeggen ze, "om ons alzo te verstrooien”? "Wel”, zegt d’ene hekse tegen d’ander, "geeft hem nog die twee andere bulten, op den hoop toe”, zegt ze. En den dien ging naar huis met drie bulten, omdat hij d’heksen alzo verstrooid hadde, ziet, je mochte hij niet dansen, maar allene maar kijken!
Onderwerp
ATU 0503 - The Gifts of the Little People.   
AT 0503 - The Gifts of the Little People   
Beschrijving
Drie bultenaars hadden gehoord dat op een kruispunt iedere nacht mooie meisjes verschenen en dat men op dat kruispunt alles kreeg wat men maar wilde. Eén van de bultenaars ging naar het kruispunt, keek naar het schouwspel en zei niets. Na het dansen kwamen de meisjes naar hem toe om hem te vragen wat hij wilde. "Och dametjes", antwoordde de bultenaar, "ik wou dat ik mijn bochel kon kwijtraken!" De meisjes namen de bultenaar zijn bochel af. Toen de tweede bultenaar dat hoorde, wilde hij ook zijn kans wagen. Hij ging naar het kruispunt en op de zelfde manier als de eerste bultenaar, raakte ook hij zijn bochel kwijt. Toen de derde bultenaar naar het kruispunt ging, danste hij met alle heksen. Na afloop van het dansen kreeg hij de bochels van zijn twee voorgangers erbij! Hij had immers alleen maar mogen kijken naar de dansende heksen.
Bron
K. Erard, Leuven, 1966
Commentaar
7. Sprookjes
west-vlaams (ieper)
41
fabulaat
Naam Locatie in Tekst
Sint-Jan