Hoofdtekst
Miene zuon haet ins enen interim geduon oppe pos in Mezeik. Dow laag er biej Sjarelke Jeurissen in de kos, die hotel oppe Bosstraot, buovenaan. Dan kaam de zuon ’s aoves heives mèt de laege vleiskiètel. En op Siemkeshuevel is ’n galg gewaes woe ze de bokkeriejers aan opheenge. En dae kaam in mèt 5 doedsköp die aan de kètting lage, in de vleiskörf.
Onderwerp
SINSAG 1320 - Andere Räubergeschichten.   
Beschrijving
Een jongen die bij de post van Maaseik werkte, logeerde in het hotel van een man in de Bosstraat. 's Avonds was de jongen op pad met een lege vleeskorf. Onderweg kwam de jongen voorbij de Siemkesheuvel, waar de bokkenrijders aan de galg werden opgehangen. Toen de jongen thuiskwam, lagen er vijf doodskoppen in de vleeskorf.
Bron
J. Venken, Leuven, 1968
Commentaar
4. Historische sagen
limburgs (maasvallei)
624
Zoon van de informant
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Charel J.   
Naam Locatie in Tekst
Rotem   
Plaats van Handelen
Bosstraat (Maaseik)   
Maaseik   
Siemkesheuvel (tussen Elen en Aldeneik)