Hoofdtekst
De jong Bosmei, die woonde juist tegenover Beaat en Beaat was altijd goed kameraad met haar, maar neven Beaat woonde iemand, die had eens ruzie gehad met Bosmei en dat woor onder den oorlog van 40-45 en die mensen bieken zelf hun brood. Toen vroeg ze (Bosmei) aan Beaat: 'Gaat ger brood bakken?' - Ja' zei Beaat. 'As (als) 't brood maar lukt', zei Bosmei en Beaat haar brood woor gebakken en die van daarneven 't haar woor heel rauw. En wei (toen) ze daarneven gongen siroop koken, zei ze tegen Beaat: 'Ich geloof dat ze hier gaan siroop koken.' 'Ja, ich geloof 't ook' zei Beaat. 'Aste de siroop maar lukt' zei ze, nu ze hebben zeker 14 dagen moeten koken eer er hel (hard) woor.
Onderwerp
SINSAG 0580 - Andere Hexenkünste   
Beschrijving
Bosmei had eens ruzie gehad met de buurvrouw van haar vriendin Beaat. Op een dag bakten Beaat en haar buurvrouw brood. Het brood van Beaat was goed gebakken, maar dat van haar buurvrouw was mislukt. Toen de buurvrouw stroop wilde maken, heeft ze zeker veertien dagen moeten koken vooraleer de stroop stijf werd. Bosmei had daarvoor gezorgd.
Bron
W. Jackers, Leuven, 1958
Commentaar
2.1 Heksen
limburgs (bilzen)
340
Vlak na WOII
fabulaat
Naam Overig in Tekst
Bosmei   
Beaat   
Naam Locatie in Tekst
Eigenbilzen